dinsdag 28 september 2010

Michail Jurowski doet weer Sjostakovitsj met NNO

Michail Jurowski
Deze week concerteert het Noord Nederlands Orkest in slechts twee steden van het eigen speelgebied: donderdag 30 september in het Cultuurcentrum De Oosterpoort in Groningen, en op vrijdag 1 oktober in De Tamboer te Hoogeveen.
Dirigent is Michail Jurowski, die eerder dit jaar in onze regio met datzelfde ensemble zo'n overrompelende, en vooral blijvende, indruk wist te vestigen met de Zevende Symfonie van dezelfde componist.
Sjostakovitsj werd al decennialang in het oostblok beschouwd als de rechtmatige opvolger van Gustav Mahler. Die status moest worden gezien als een van kwaliteit èn kwantiteit. Andere stemmen melden — overigens niet ten onrechte — dat de man steeds opnieuw dezelfde symfonie schreef, maar als je het geluk hebt die werken op de juiste, diepgravende manier 'voorgezet' te krijgen, zouden nog vijftien stukken in datzelfde genre — de symfonie — geen bezwaar zijn geweest. En in het Noorden van ons land hebben we in 2010 het voorrecht gehad om een Sjostakovitsj-symfonie op de juiste wijze uitgevoerd te horen: toen was dat in Groningen en Leeuwarden. Deze week hebben de geïnteresseerden opnieuw die kans, zij het thans in Groningen en Hoogeveen, want waarom zou het eigen symfonisch ensemble met dezelfde dirigent een latere symfonie van Dmitri Sjostakovitsj anders spelen dan op topniveau.
Het concert wordt geopend met de Nocturne voor strijkorkest en harp van Arnold Schönberg (1874-1951). Daarna volgt de Nederlandse première van het Celloconcert van Philipp Glass. De cellopartij daarin wordt verzorgd door Wendy Sutter.
Meer daarover valt te lezen op onze zustersite Tempel der Toonkunst.

Heilloze kortingen
 
De inwoners van de noordelijke regio moeten wel beseffen dat het wellicht één van de laatste gelegenheden is zoiets mee te maken, aangezien in de Rijksbegroting — gepresenteerd tijdens de Troonrede op de derde dinsdag van deze maand — is voorzien dat er op cultuur zo'n 20 procent zal worden gekort. Dat is de aankondiging van een stuitende kaalslag, aangezien van de pot voor cultuur met een onevenredig groot offer zal worden gevraagd: driemaal zoveel als de overige maatschappelijke sectoren: je reinste cultuurbarbarij.
Politici hebben nu eenmaal een cultureel bord voor de kop, niet alleen in Nederland maar tevens in de ons omringende landen. Het toont meteen weer eens dat de oude, en juist gebleken, stelling — in tijden van misère hebben we juist meer cultuur nodig — nog steeds niet tot het benevelde brein van individuele politici is doorgedrongen, hetgeen ertoe leidt dat de politiek als geheel een uiterst onbetrouwbare grootheid is. We zien het, als we ons even tot het eigen land beperken, dagelijks op de beeldbuis en we kunnen het lezen in alle printmedia.
Waarmee overigens niet gezegd wil zijn dat het daarmee in andere staten van de Europese Unie beter mee gesteld is.
____________

Afbeeldingen
1. Dirigent Michail Jurowski. (Foto overgenomen van diens website.)
2. Componist Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975.)

dinsdag 21 september 2010

NNO start concertseizoen met een Beethoven

Diverse composities van Ludwig van Beethoven  (1770-1827) trekken meestal flink wat belangstelling. Decennia geleden besloten diverse ensembles hun seizoen met een of meerdere Beethoven-concerten, die niet zelden uitverkocht waren. Dat is tegenwoordig geen automatisme meer.


Doch de reeks van drie concerten, die het Noord Nederlands Orkest eind deze week in de twee noordelijkste provincies presenteert— donderdag in Leeuwarden, vrijdag in Drachten en zaterdag in Groningen —, lijken goed tot zeer goed te scoren. Het orkest bericht dat het laatste van de drie manifestaties reeds is uitverkocht. Nu heeft dat meer dan één oorzaak, welke uit te diepen hier, in deze context, te ver zou voeren. Maar een volle zaal voor een klassiek concert is altijd een aanwinst, zolang er geen verkrachting van de werken, en daarmee van de componist in kwestie, aan de orde is, zoals dat bij intergalactisch bejubelde, navenant opgedirkte uitvoerenden — muziekmoordenaars, zeg maar — steevast het geval is. U kunt op vrijwel alle denkbare televisiezenders op dit ondermaanse steeds maar weer getuige zijn van deze weerzinwekkende wandaden, begaan door vooral Nederlanders.

Programma
Op het programma staan drie stukken van de Weense grootmeester, die de beide laatste eeuwen populair zijn gebleven: De ouverture Egmont in F-klein, opus 84 (1810), het Kaiserskonzert, d.w.z. het Concert voor piano en orkest nr. 5 in Es-groot, opus 73 (1808/09), en de Symfonie nr. 6 in F-groot, 'Pastorale', opus 68, ontstaan in de jaren 1803-1808. Dirigent en solist is Stefan Vladar, een regelmatig geziene, en meestal zeer gewaardeerde, gast bij het NNO.


Bezuinigingen

Kort voordat het symfonisch ensemble in Groningen zijn 150-jarig bestaan hoopt te vieren — op14 november 2012 is het exact honderdvijftig jaar geleden dat het gezelschap zich als symfonieorkest mocht kwalificeren — besloot weer eens een ander ensemble dat de claim voor de kwalificatie oudste orkest niet in Groningen hoorde, omdat het NNO nog relatief jong is; ditmaal was dat het Limburgs Symfonie Orkest.  Of er voldoende middelen beschikbaar komen om dat heuglijke feit in het Noorden op gepaste wijze te vieren — zoals dat, ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan, in 1987 gedurende een half jaar wel het geval is geweest —, staat op dit moment nog niet vast, en het zou best eens kunnen dat er van diverse zijden — bedrijfsleven en particulieren — moet worden meegedaan, aangezien de Haagse overheden slechte plannen met de cultuur in ons land hebben. Twintig tot vijfentwintig procent wil men bezuinigen, en dat de lasten weer ongelijk verdeeld zullen worden, ten nadele van 'de regio' mag voor ieder duidelijk zijn die de afkeer van de Hoge Heren en Hoge Hoeden in welk kabinet dan ook kent, zoals die van oudsher jegens alle cultuur bestaat die niet binnen de Randstad Holland wordt bedreven. Reeds begin dit jaar bereikten mij berichten dat men in 't Haagje alweer flink vooruitliep op wat er moest gaan komen, en dat m.b.t. het NNO een plan zou worden uitgewerkt dat in de praktijk zou betekenen dat die regio op dat punt decennia zou worden 'teruggesmeten': zo'n 63 formatieplaatsen, werd mij medegedeeld.
Wat er uit blijkt, is niet alleen de grove minachting voor degenen die ver weg zijn van het woelige 'centrum' des lands, opnieuw wordt ermee aangetoond dat men niets wenst te zien in een passende context.
Langzamerhand ga je toch enige sympathie ontwikkelen voor de opvattingen van hen die menen dat het beter is om de noordelijke provinciën maar van de rest van het land af te scheiden en een zelfstandige staat te vormen.

(wordt, ongetwijfeld, in deze kolom vervolgd)