Posts tonen met het label Beethoven. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Beethoven. Alle posts tonen

woensdag 29 december 2010

O tuneful Voice zondagmiddag in de Lutherse kerk

Johanette Zomer.
Meester, leerling, meester
Musica Antiqua Nova, het eigentijdse instituut voor oude muziek in Groningen, begint het jaar 2011 met een middagconcert in de Lutherse kerk, in de Haddingestraat van Stad, op zondag 2 januari 2011, vanaf 16:00 uur.
Het dan uit te voeren programma heeft het predikaat O tuneful Voice meegekregen, en dat
 impliceert al direct een vocale inbreng. Dat zang-element komt van de sopraan Johanette Zomer; zij wordt instrumentaal ondersteund door Paul Komen, pianoforte.
Als rode draad fungeert het fenomeen meester en leerling die ook meester werd, en dat is niet alleen een automatisme, want niet elke leerling van welke grootmeester dan ook, wordt zelf een maestro in enigerlei vorm. Daardoor worden we tegelijkertijd iets meer aan het denken gezet dan door de namen van de componisten die aan bod komen tijdens dit optreden, aangezien die allen zonder uitzondering meesters van de eerste garnituur zijn gebleken en tot op de huidige dag zijn gebleven: Joseph Haydn (1732-1809), Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791), Ludwig van Beethoven (1770-1827) en Gioacchino Rossini (1792-1868).

dinsdag 7 december 2010

Beethoven-Pianoconcert in Groningen in première

Ludwig van Beethoven in 1784
Ronald Brautigam
Het Noord Nederlands Orkest, dat deze week zal worden geleid door Johannes Leertouwer, presenteert drie keer — te beginnen in De Oosterpoort, Groningen (donderdagavond), daarna in De Lawei te Drachten (vrijdagavond) en ten slotte in theater De Harmonie te Leeuwarden (zondagmiddag) — de Nederlandse première van een Pianoconcert uit 1784 van Ludwig van Beethoven (1770-1827), waarvan de solopartij zal worden gerealiseerd door Ronald Brautigam. Moge de belangstelling, vooral voor deze muziek, en een klein beetje vanwege de stekende argusblik van 'Den Haag', zeer groot zijn voor al deze optredens.

Mendelssohn
Voorafgaande aan de uitvoering van het voor ons nog geheel nieuwe pianoconcert wordt de Ouverture voor blaasinstrumenten in C-groot, opus 24, 
 uit 1824 gespeeld, gecomponeerd door Felix Mendelssoh Bartholdy (1809-1847), een stuk dat tevens bekend is als Ouvertüre zur Harmoniemusik. Net als Beethovens concert is het een jeugdwerk.
Felix Mendelssohn
Bartholdy in Londen.
Aquarel van James
Warren Childe
(1780-1862).
Tot besluit van het concert komt deze componist nogmaals aan bod met zijn bekendste symfonie: nummer vier, de Italiaanse, geschreven in de jaren 1830-1833. 
In 1984 heb ik voor het voorganger-ensemble van het huidige NNO, het Noordelijk Filharmonisch Orkest, een toelichting op die symfonie geschreven voor het programma- en informatieblad van dat ensemble: het NFO Magazine. Die toelichting staat in het artikel vooraf op onze zustersite Muziek en mensen; deze kunt u, indien gewenst, lezen door op de link te klikken. 
Direct na de pauze wordt Beethovens ouverture Coriolanus gespeeld, een werk uit 1807. Een toelichting daarop — eveneens geschreven voor het NFO Magazine,  in 1986 — kunt u vinden in een bijdrage op onze andere zustersite over klassieke muziek: Tempel der Toonkunst.

dinsdag 21 september 2010

NNO start concertseizoen met een Beethoven

Diverse composities van Ludwig van Beethoven  (1770-1827) trekken meestal flink wat belangstelling. Decennia geleden besloten diverse ensembles hun seizoen met een of meerdere Beethoven-concerten, die niet zelden uitverkocht waren. Dat is tegenwoordig geen automatisme meer.


Doch de reeks van drie concerten, die het Noord Nederlands Orkest eind deze week in de twee noordelijkste provincies presenteert— donderdag in Leeuwarden, vrijdag in Drachten en zaterdag in Groningen —, lijken goed tot zeer goed te scoren. Het orkest bericht dat het laatste van de drie manifestaties reeds is uitverkocht. Nu heeft dat meer dan één oorzaak, welke uit te diepen hier, in deze context, te ver zou voeren. Maar een volle zaal voor een klassiek concert is altijd een aanwinst, zolang er geen verkrachting van de werken, en daarmee van de componist in kwestie, aan de orde is, zoals dat bij intergalactisch bejubelde, navenant opgedirkte uitvoerenden — muziekmoordenaars, zeg maar — steevast het geval is. U kunt op vrijwel alle denkbare televisiezenders op dit ondermaanse steeds maar weer getuige zijn van deze weerzinwekkende wandaden, begaan door vooral Nederlanders.

Programma
Op het programma staan drie stukken van de Weense grootmeester, die de beide laatste eeuwen populair zijn gebleven: De ouverture Egmont in F-klein, opus 84 (1810), het Kaiserskonzert, d.w.z. het Concert voor piano en orkest nr. 5 in Es-groot, opus 73 (1808/09), en de Symfonie nr. 6 in F-groot, 'Pastorale', opus 68, ontstaan in de jaren 1803-1808. Dirigent en solist is Stefan Vladar, een regelmatig geziene, en meestal zeer gewaardeerde, gast bij het NNO.


Bezuinigingen

Kort voordat het symfonisch ensemble in Groningen zijn 150-jarig bestaan hoopt te vieren — op14 november 2012 is het exact honderdvijftig jaar geleden dat het gezelschap zich als symfonieorkest mocht kwalificeren — besloot weer eens een ander ensemble dat de claim voor de kwalificatie oudste orkest niet in Groningen hoorde, omdat het NNO nog relatief jong is; ditmaal was dat het Limburgs Symfonie Orkest.  Of er voldoende middelen beschikbaar komen om dat heuglijke feit in het Noorden op gepaste wijze te vieren — zoals dat, ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan, in 1987 gedurende een half jaar wel het geval is geweest —, staat op dit moment nog niet vast, en het zou best eens kunnen dat er van diverse zijden — bedrijfsleven en particulieren — moet worden meegedaan, aangezien de Haagse overheden slechte plannen met de cultuur in ons land hebben. Twintig tot vijfentwintig procent wil men bezuinigen, en dat de lasten weer ongelijk verdeeld zullen worden, ten nadele van 'de regio' mag voor ieder duidelijk zijn die de afkeer van de Hoge Heren en Hoge Hoeden in welk kabinet dan ook kent, zoals die van oudsher jegens alle cultuur bestaat die niet binnen de Randstad Holland wordt bedreven. Reeds begin dit jaar bereikten mij berichten dat men in 't Haagje alweer flink vooruitliep op wat er moest gaan komen, en dat m.b.t. het NNO een plan zou worden uitgewerkt dat in de praktijk zou betekenen dat die regio op dat punt decennia zou worden 'teruggesmeten': zo'n 63 formatieplaatsen, werd mij medegedeeld.
Wat er uit blijkt, is niet alleen de grove minachting voor degenen die ver weg zijn van het woelige 'centrum' des lands, opnieuw wordt ermee aangetoond dat men niets wenst te zien in een passende context.
Langzamerhand ga je toch enige sympathie ontwikkelen voor de opvattingen van hen die menen dat het beter is om de noordelijke provinciën maar van de rest van het land af te scheiden en een zelfstandige staat te vormen.

(wordt, ongetwijfeld, in deze kolom vervolgd)