Op 29 januari 1928 stierf de toen bekende Titia (Klazina Elisabeth) de Haas-Okken, die was geboren in 1853 te Solwerd als dochter van de alom bekende, zogeheten Moderne predikant Ds. Okken. Toen ze twintig jaar was, trad ze in het huwelijk met ds. De Haas te Kuinre, waarna ze verhuisden naar Friesland. Daarna heeft ze niet weer in onze regio gewoond. Desondanks maakte Titia de Haas-Okken naam als schrijfster van schetsen uit het Groninger volksleven, in Damster dialect. Ze tekent de mensen daarin zeer nauwgezet. Tot het schrijverschap is ze in 1902 gekomen toen ze ziek en bedlegerig was geworden.
Haar bundel Olle Vrunden in het Grönnegerlaand is in 1905 uitgekomen. Daarna zouden er nog diverse volgen.
In het jaar van haar heengaan werd ze te Appingedam herdacht met de plaatsing van een gedenksteen in de muur van de Solwerder kerk.
Posts tonen met het label (herdenking van) sterfdag. Alle posts tonen
Posts tonen met het label (herdenking van) sterfdag. Alle posts tonen
zondag 29 januari 2012
maandag 26 december 2011
Op tweede kerstdag 1966 stierf Ina Boudier-Bakker
Op tweede kerstdag in 1966 is de toen nog net redelijk befaamde Nederlandse schrijfster Ina Boudier-Bakker overleden te Utrecht, 91 jaar oud. Ze heeft enige tijd in Groningen gewoond toen haar echtgenoot directeur van een der postkantoren in Stad was. In haar Groningse tijd ging ze, zeker in de winter, niet veel buitenshuis, aangezien ze steen en been klaagde over de koude die in de noordelijke metropool zou heersen. In het huis aan de Noorderhaven zuidzijde ─ met zicht op de erker op de hoek van de Ossenmarkt waar W.F. Hermans later zou wonen ─ heeft ze de zeer omvangrijke roman De klop op de deur geschreven. Dit boek is voor het eerst in 1930 uitgekomen, en heeft een tijdlang aanleiding gevormd om het voormalige huis van de heer en mevrouw Boudier in literaire stadswandelingen door Groningen op te nemen.
Later, na haar overlijden, is het in een sterk bewerkte versie als serie op de Nederlandse televisie vertoond.
Ina Bakker werd 15 april 1875 te Utrecht geboren. Haar debuut ─ Najaar ─ werd gerealiseerd in het juni-nummer 1899 van het tijdschrift Nederland. Naast het vele proza dat ze in de loop van zo'n zes decennia heeft gerealiseerd, heeft ze enkele drama's en gedichten geschreven. Haar laatste proza, Honger, is in 1962 uitgekomen en werd beschouwd als een geschiedenis die "uit haar krachten (was) gegroeid".
De oorlogsherinneringen van mevrouw Boudier ─ Met de tanden op elkaar: Dagboeknotities '40-'45, posthuum verschenen in 1975 ─ geven een redelijk beeld van haar leven en dat van diverse van haar vrienden en kennissen gedurende die gruwelijke periode in de Nederlandse geschiedenis.
De auteur heeft zich op twee manieren met het fenomeen sprookje ingelaten: in het korte essay De verschijningen der menschenziel in het sprookje (1932), acht jaar later door middel van Uren met Andersen. Tevens had de 'vrouwenkwestie' haar aandacht. In 1921 verscheen haar brochure De moderne vrouw en haar tekort.
Later, na haar overlijden, is het in een sterk bewerkte versie als serie op de Nederlandse televisie vertoond.

De oorlogsherinneringen van mevrouw Boudier ─ Met de tanden op elkaar: Dagboeknotities '40-'45, posthuum verschenen in 1975 ─ geven een redelijk beeld van haar leven en dat van diverse van haar vrienden en kennissen gedurende die gruwelijke periode in de Nederlandse geschiedenis.
De auteur heeft zich op twee manieren met het fenomeen sprookje ingelaten: in het korte essay De verschijningen der menschenziel in het sprookje (1932), acht jaar later door middel van Uren met Andersen. Tevens had de 'vrouwenkwestie' haar aandacht. In 1921 verscheen haar brochure De moderne vrouw en haar tekort.
Abonneren op:
Posts (Atom)